AMSTERDAM, l566

‘Wat de zestiende eeuw betreft, hebben we nóg een groot oproer te goed, dat van l567. Een jaar eerder, in l566, was een geheimzinnige ziekte uitgebroken onder de kinderen in het Amsterdamse Burgerweeshuis. De kinderen raakten buiten zichzelf, lieten zich schreeuwend op de grond vallen en klommen als katten tegen de muren en daken op. Ze braakten scherpe voorwerpen, zoals scherven en naalden.
Waarschijnlijk kwam dat, zegt Henk van Nierop, hoogleraar nieuwe geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam achteraf, doordat de kinderen beschimmelde rogge hadden gegeten, of hennepkoeken die cannabisvergiftiging veroorzaakten. Maar tijdgenoten waren er zeker van dat de razernij van de kinderen wonderbaarlijke gebeurtenissen aankondigde. Inderdaad hadden later dat jaar de beeldenstormen plaats. In de Nieuwe Kerk slaagden ‘goede burgers met goede woorden’ erin de toegestroomde menigte te bewegen het gebouw te verlaten, maar in de Oude Kerk werd met stenen gegooid en werden beelden neergehaald.’

Het onafhankelijke Amsterdamse dagblad Het Parool bericht woensdag l2 mei 2004 over de verschijning van het eerste deel van een nieuwe Geschiedenis van Amsterdam.Tekst: Hanneke de Wit.